
dadelkoek met pecannoten
Voor iedereen die van zoete koek houdt; deze dadelkoek met pecannoten is onweerstaanbaar. Makkelijk te maken en klaar in een handomdraai.
ingrediënten van de week: dadels & pecannoten
kok: Jeannette
“Jaaa, deze dadelkoek met pecannoten wil ik jullie niet onthouden! Tijdens een wandeling in het bos met mijn vriend en dochter raakten we aan de praat met de organisator van een hardloopwedstrijd, die daar plaatsvond. De vrouw van had, voor de nodige energie, een overheerlijke kruidkoek gebakken en een kleverige dadelkoek. Heerlijk! Ik vroeg naar het recept en paste het aan naar eigen smaak, want hij kon nog wel wat extra smaakaccenten gebruiken. Klaar in een kwartiertje, dus perfect passend in een leven vol haast en hectiek. Aan hardlopen doe ik niet. Ik eet ‘m gewoon bij een lekkere kop koffie, voor de buis”
ingrediënten (ca. 25 stukjes)
- 250 g dadels
- 50 g mariabiscuit
- 50 g bastognekoeken
- 75 g pecannoten
- 1/2 tl kaneelpoeder
- 8 kardemompeulen (1/2 tl kardemompoeder)
- 50 g gemalen kokos (bewaar een beetje voor garnering)
- 125 g roomboter
- 75 g bruine suiker
- 1/2 ei
- 50 g kokos
- bakvorm van ca. 24 x 24 cm (of ca. 750-1000 ml inhoud)
recept
Verwijder de pitten uit de dadels en snijd de dadels in kleine stukjes. Hak de koekjes in grove stukken (bv. met de stamper van een vijzel, of rol eroverheen met een deegroller). Hak de pecannoten grof. Stamp de kardemompeulen open in de vijzel, verwijder de vliesjes en stamp de zaadjes fijn. Doe deze ingrediënten, samen met de kokos in een ruime kom en meng ze goed door elkaar.
Verwarm op laag voor de boter. Voeg, als deze bijna gesmolten is, de bruine suiker toe en blijf flink kloppen totdat deze is opgelost. De massa wordt steeds dikker. Zorg ervoor dat de massa niet gaat bakken. Klop desnoods van het vuur af en zet het vuur sowieso uit als je merkt dat het mengsel dikker gaat worden. De massa moet een dikke, lobbige consistentie hebben uiteindelijk. Laat enigszins afkoelen (een minuut of 10) en klop er dan het ei door. Blijf flink kloppen, want het ei moet niet gaan stollen! Voeg dit mengsel toe aan de kom met overige ingrediënten. Bekleed een vierkante (of ronde) bakvorm met bakpapier en schep het mengsel erin. Bestrooi met de achtergehouden kokos, zet de vorm in de koelkast en laat de koek ‘hard’ worden. Na een paar uur is de koek klaar om te eten. Ik moet er wel bij zeggen: de volgende dag is hij nóg lekkerder, want dan zijn de smaken lekker ingetrokkeb! De koek is machtig, dus een klein stukje geeft al een voldaan gevoel ;-).